Daar lag ik dan. Aan de hartmonitor. Mijn dochter had de MUG gebeld omdat ze dacht dat ik een hartaanval kreeg. De cardioloog meldde me ’s anderendaags dat mijn hart in orde was, maar mijn batterij was leeg en mijn lichaam had de stekker even uitgetrokken om mij te beschermen….
Hoe is het zover kunnen komen ?
Er waren nochtans genoeg signalen. Ik kreeg ze echter in stukjes teruggekoppeld waardoor ik ze wegwuifde. Als je eens simpelweg alle signalen optelt, dan wordt het een ander paar mouwen. Toen mijn vrouw me vroeg wat ik ging doen wanneer ik met pensioen ga, begreep ik het niet. Mijn kinderen merkten op dat ik in het weekend niet hoorde wat ze vertelden en dat ik op alles kregelig reageerde. Collega’s en medewerkers koppelden meermaals terug dat ik niet elke mail direct moest beantwoorden, zeker niet in het weekend en op vakantie. Ik sliep slecht en weinig. Steeds vaker had ik geen zin meer in sociale activiteiten. En als ik nu naar foto’s van mezelf kijk hoe ik er toen uitzag. Amai! Toch voelde ik me nooit slecht. Ik werk gewoon graag en gedreven. Ik leefde echter in een soort roes te wijten aan adrenaline en cortisol.
Het gaat over balans tussen werk en privé, lichaam en geest, spanning en ontspanning.
Ik heb een opleiding gevolgd in stress- en burn-out coaching, coach mensen, leer van intervisie met collega’s en verdiep me in boeken en artikels. Als ik dat koppel met mijn persoonlijke en bedrijfservaring, dan kan ik wel wat lessen trekken. Dat we leven in een ‘VUCA’-wereld (volatily, uncertainty, complexity, ambiguity) is evident. Wie zich staande wil houden dient veerkrachtig te zijn. Maar hier zit een addertje onder het gras. Net de meest veerkrachtige mensen gaan lang door zoals ik aan de lijve heb ondervonden. Balans is essentieel om veerkrachtig en bevlogen in het leven te blijven staan. Overmatige stress en risico op burn-out ontstaat door combinatie van werk, privé en persoonlijkheidskenmerken. De druk van sociale media maakt die combinatie extra uitdagend.
Zeker niet alles is werk gerelateerd maar toch in ruime mate.
Er is visie en beleid nodig om én de resultaten én de mensen duurzaam te laten groeien. De cultuur van een bedrijf, de 5 A’s van arbeid (arbeidsinhoud, -relaties, -omstandigheden, -voorwaarden, -organisatie) en de balans werk-privé zijn cruciaal. Maar vooral hoe het dagelijks geleefd wordt is de sleutel. Is er werkelijk ruimte om aan te geven dat je hulp nodig hebt en is er begrip als iets tijdelijk minder vlot zonder je doorgroeikansen te belemmeren. Krijgen mensen voldoende autonomie? Bedrijven zijn verplicht maatregelen te treffen om risico’s zoals stress en burn-out te voorkomen en doelmatig aan te pakken. Ik pleit voor het opleiden van medewerkers en leidinggevenden in het herkennen van de signalen bij zichzelf, collega’s en medewerkers. Men praat er soms gemakkelijker over met een collega die men vertrouwt dan direct met de baas. Hoe vroeger men anticipeert, hoe groter de kans om niet uit te vallen.
De rol van de baas is van essentieel belang.
Elke mens wil graag winnen maar de manier om iemand duurzaam te laten groeien en resultaten te boeken verschilt. Werkbaar werk start niet vanaf je 50e maar reeds aan het begin van je carrière. Ik vergelijk graag met sport. De verwachtingen zijn er hoog en de druk soms immens. Iedereen begrijpt dat dit een bepaalde periode kan duren maar er daarna recuperatie en heropbouw nodig is. Uitdagende targets stellen blijft pas motiverend als je ook echt aanvaardt dat je ze niet allemaal zal halen. Het kan enorm deugd doen te kunnen zeggen: ik doe mijn uiterste best. Gepaste uitdagingen bepalen het groeiproces, het energieniveau en de drive. Het coachen van je medewerkers in vertrouwen geven en niet alleen zeggen, druk wegnemen wanneer nodig en soms handvatten aanreiken, maakt verschil. Als ik mijn kinderen en hun vrienden bezig zie, dan zijn die gedreven en werken ze hard, maar gelukkig werken ze zich niet meer te pletter… Ze willen een job die zin geeft aan hun leven, die ze met passie doen en waar inhoud en iets realiseren voorop staat. Mensen willen hun eigenheid kunnen behouden zonder zich permanent te moeten afvragen hoe een ander er over denkt en zich te vaak te moeten verantwoorden naar stijl.
Uiteraard heeft je privéleven een belangrijke impact op hoe je je voelt.
Des te zorgelozer je privé-leven verloopt, des te meer het energie geeft. Sociale contacten zijn voor de meesten onder ons een bron van ontspanning. Echter, als je niet oplet riskeer je geleefd te worden door je familie en vrienden. Het kan geen kwaad om eens door de lijst van je sociaal netwerk te lopen en te evalueren bij wie je je echt goed voelt. Net als in je werk is het belangrijk het evenwicht tussen energie nemen en energie geven te bewaken. Denk van tijd tot tijd aan jezelf en doe wat enkel voor jou nodig is. Dat is niet hetzelfde als egoïstisch zijn. Me-time is gewoon essentieel. Ik realiseer me dat de laatste vijf jaar voor mijn uitvallen mijn hobby’s compleet uitgedoofd waren. Sport, beweeg, ontspan…En hoe zalig kan het zijn om eens helemaal niets te moeten en willen doen. Je kan er pas echt zijn voor de anderen wanneer je zelf goed in je vel zit.
Steek vooral energie in datgene waar je greep op hebt, jezelf.
Iedereen die lang genoeg onder druk staat kan overspannen raken of een burn-out ontwikkelen. Sommige personen zijn wel gevoeliger. Er zijn een aantal herkenbare persoonlijkheidskenmerken zoals o.a. perfectionisme, te hoog verantwoordelijkheidsgevoel, geen nee kunnen zeggen, controle willen houden, zichzelf wegcijferen, geen grenzen stellen. Herkenning en erkenning kunnen helpen bij het vermijden van en herstel bij een burn-out. Zelf heb ik veel aan wat Covey de cirkels van invloed en betrokkenheid noemt. Steek je energie hoofdzakelijk in die zaken die je wel kan beïnvloeden zoals je gedachten, gedrag, houding, opinies, eigen werkaanpak, eetgewoonten,..
Zet bewust je mobieltje van tijd tot tijd aan de kant.
Het internet heeft gezorgd voor een nieuwe wereld in snelheid van informatieverstrekking en bereikbaarheid. Ik had geen last van ‘fear of missing out’ maar wilde continu bereikbaar zijn. Elk ‘verloren’ moment zette ik mijn smartphone aan. Vandaag begrijp ik dat net deze ‘verloren momenten’ gewonnen tijd worden waarin een echte babbel, volop genieten van de natuur of gewoon niets doen, rust en energie geven. Voor millenials is deze uitdaging des te groter. Ik ben er in getuimeld, zij zijn er mee opgegroeid en zien het als een logische realiteit.
Ik heb mijn evenwicht tussen werk en privé, lichaam en geest, spanning en ontspanning gevonden. Ik ga er dagelijks bewust mee om en dat werkt. Het sterkt me in mijn overtuiging dat je een burn-out kan voorkomen wanneer je tijdig ingrijpt en kan herstellen wanneer te lang doorgegaan werd. Gelukkig is burn-out en overmatige stress op vandaag minder een taboe onderwerp geworden. Toch valt het me op dat de drempel om er over te praten met de omgeving (werk en privé) nog steeds hoog is. Het voelt aan als falen en er is nog steeds onbegrip of verbijstering.
Comments