Iedereen gebruikt het woord vertrouwen regelmatig. Hét risico is dat het hol of overdreven begint te klinken en zijn ware inhoud voorbijschiet. Vertrouwen is de verwachting van een persoon of groep dat een andere persoon of groep het goede zal doen, zonder dat controle nodig is.
Het is opmerkelijk hoe vaak coachees het gebrek aan vertrouwen door hun
baas mede als reden aangeven van hun burn-out of overmatige stress.
We krijgen allemaal graag vertrouwen. Politici hengelen er naar, bedrijfsleiders
vragen het voor hun visie en strategie, zelfs voetbalclubs gebruiken het zoals ‘Trust
the process’. Studenten beloven hun ouders het waard te zijn wanneer ze op kot
gaan.
Maar dat is niet het vertrouwen waar ik het over heb. Ik wil het hebben over wat
nodig is om mensen in zichzelf te laten geloven, bevlogen in het leven te staan en te
voelen wat je kan realiseren wanneer je ‘in je flow’ bent. Welzijn dat zorgt voor
resultaten.
Dat is iets wat je voelt van mens tot mens. Je ziet het in elkaars ogen. Je weet dat er
niet zal op teruggekomen worden bij de minste twijfel. Dat afspraken en plannen niet
telkens weer in vraag gesteld zullen worden. We weten allemaal wat het met ons
doet wanneer we ruggensteun voelen. Wanneer mensen oprecht in je geloven. Dan
mag je al eens de bal misslaan, mag je al eens een doel niet halen of een mindere
dag hebben. Je weet dat je kansen niet verkeken zijn, je durft toe te geven en
misschien om hulp te vragen. Je weet dat je die zal krijgen zonder oordeel. Dan durft
men zich al eens kwetsbaar op te stellen.
Dat is zeker niet hetzelfde als ‘carte blanche’ willen. Je omgeving verwacht dat je
je engageert, leert, groeit, resultaat haalt, vooruit gaat. Blind vertrouwen kan
misschien in uitzonderlijke situaties maar het mag niet naïef zijn. Vertrouwen
hangt ook samen met deskundigheid. En controle op KPI’s is logisch. Aan het
einde van de rit hoort er ook iets mee gedaan te worden. Als je vertrouwen wilt
winnen zal je zelf vertrouwen moeten uitstralen. Wees authentiek en integer, doe wat
je zegt, wees open, hou je aan normen en waarden, speel geen rol. Op vandaag
geef ik zonder twijfel vertrouwen aan de experten voor het bestrijden van het
coronavirus en de helden in het werkveld.
Hoe kan je vertrouwen willen krijgen als je er zelf geen geeft? Van een vroegere
baas heb ik het gezegde ‘Vertrouwen komt te voet en gaat te paard’ geleerd. Je
beschaamt iemands vertrouwen wanneer je iets doet wat de ander niet van je
verwacht. Dan groeit wantrouwen. Een mooie vergelijking die ik las: vertrouwen is als
een gom, bij elke fout wordt hij kleiner…totdat er niets meer van overblijft.
Ik weet zeer goed wat het met me doet. Als ik het echt voel dan ga ik door een muur
voor de persoon die het me geeft. Mijn vrouw, kinderen en vrienden, een coach
vroeger bij het sporten, een baas, collega’s en medewerkers op het werk. Het maakt
me ook steeds meer resultaatgericht. Het geluk binnen mijn gezin en vrienden, het
winnen van een wedstrijd, het halen van de bedrijfsdoelen. En zonder vertrouwen
van mijn gezin en vrienden was ik nooit terug de oude geworden. Ik zag soms de
twijfel in hun ogen, maar nooit lieten ze hun vertrouwen varen.
Geven we het ook allemaal graag en gemakkelijk? Vertrouwen uitspreken lukt nog
wel. Maar hoe oprecht is het altijd? Wanneer een clubvoorzitter het zegt over zijn
trainer wanneer de resultaten tegenvallen, beginnen er toch sommigen te twijfelen.
Idem dito voor een bedrijfsleider en politicus. En sommigen passen nog te veel toe
wat Lenin ons mee gaf: Vertrouwen is goed, controle is beter. Ongetwijfeld is een
goede mix van vertrouwen en controle het meest efficiënte in het bedrijfsleven.
KPI’s, duidelijke processen en rollen voor het personeel en goed projectmanagement
zorgen voor de nodige ijkpunten en –momenten. Vertrouwen geeft medewerkers, en
daarmee gepaard gaand hun productiviteit, vleugels terwijl voortdurende controle
verlamt. Het zorgt voor de juiste communicatie tussen leiders en medewerkers. Een
sterke leider schenkt vertrouwen en ‘bijt soms op zijn sjieke’, zoals we in Gent
zeggen.
Comments